Een wij-vorm doet het altijd goed. Voor groepsbinding en motivatie is het altijd prima. Een koninklijke wij daarentegen, straalt iets heel anders uit. In mijn geval gebruik ik de koninklijke wij meestal om óf gewichtig over te komen, óf te benadrukken dat we het zwaar hebben. We staan voor een zware taak. Nu zal ik jullie nog meer scriptieleed besparen (meer daarover hier en hier) en gelukkig heb ik nog wel wat andere dingen te doen. En hoewel de stage veel tijd in beslag neemt, is mijn academische carrière ook niet zonder slag of stoot voorbij.
Net als meerdere bloggers sta ik ook aan het einde en aan het begin van een hoop dingen. Nu hebben mijn ouders een mooi tuinhuisje in de tuin staan (waar familie het leuke grapje ook nog geloofde dat ze het echt voor mij hadden gebouwd), maar gelukkig ben ik verzekerd van andere bezigheden, ook na mijn studie. Mijn laatste colleges zijn vorige week al geëindigd en net als bij Inge vond ik het ook behoorlijk anticlimactisch. Bij beide colleges bedankten de docenten ons voor onze inzet en enthousiasme (al dan niet naar waarheid) waarna het ineens afliep. Eerlijk gezegd heb ik er zelf niet eens heel erg bij stilgestaan. En misschien is dat maar goed ook. Vroeger vond ik het al spannend als ik van a-merk salami naar huismerk salami veranderde (kan trouwens ook een groot smaakverschil tussen zitten). Dat ik nu deze verandering wat relaxter voorbij kan laten gaan is zeker niet verkeerd.
Hoewel ik natuurlijk een beetje overdrijf en ik helaas nog niet in een hangmat op een wit strand zit (wellicht in mijn gedachten), zijn we nog niet klaar. Er komen genoeg boeken, leed en tranen kijken bij het schrijven van mijn scriptie en ik heb ook nog een andere paper op het programma staan. Hoewel het moeilijk gaat worden, probeer ik toch maar te genieten van de laatste academische woorden die ik op papier zet. We zijn er bijna, maar nog niet helemaal!