Tijdens mijn studie moet ik veel schrijven. In de masterfase van de studie Rechtsgeleerdheid is er bijna geen vak waarvoor je geen schriftelijke opdracht moet maken. Een jurist dient dan zich ook goed uit te kunnen drukken op papier. Als advocaat schrijf je veel processtukken en ook als overheidsjurist schrijf je veel. Aan het begin van mijn studie vond ik dat niet leuk, maar dit is gedurende mijn studie zeker veranderd. Zo schrijf ik naast dit blog met plezier in andere media. De afgelopen zomerperiode ben ik met behulp van de Universiteit Leiden begonnen aan mijn eerste annotatie.

Annotatie

In een annotatie (ook wel een “noot” genoemd) gaat de auteur in op een uitspraak. De afgelopen zomer heb ik een uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State bestudeerd. Aan de hand van een literatuuronderzoek heb ik een annotatie geschreven. Deze annotatie wordt binnenkort gepubliceerd in het tijdschrift Rechtspraak Bestuursrecht (AB). Uiteraard ben ik daar erg trots op!

Scriptie

Ook de komende maanden ben ik veel aan het schrijven. Zo ben ik ik momenteel bezig aan mijn gecombineerde masterscriptie. Gezien de vele artikelen die ik de afgelopen periode heb geschreven, zie ik niet op tegen mijn scriptie. Vooral niet nu ik hier aan mag werken op een advocatenkantoor.

Stage

Zoals ik in mijn vorige blog vertelde, heb ik de afgelopen zomerperiode stage gelopen bij het advocatenkantoor Van Benthem & Keulen. Dit kantoor is mij zeer goed bevallen. Om deze reden heb ik bij het kantoor gesolliciteerd en de komende periode mag ik naast het doen van inhoudelijke werkzaamheden, mijn scriptie op kantoor gaan schrijven.

“Niets is gemakkelijker dan zo te schrijven dat geen mens het begrijpt; niets is moeilijker dan belangrijke gedachten zo uit te drukken dat ieder mens ze begrijpt.” – A. Schopenhauer

IMG_0036