Nervositeit komt bij mij zelden voor. Het is een unieke stemming die maar een paar keer per jaar voorkomt en dat moment zie ik ver van te voren aankomen. De emotie-knop die ‘spontaan opkomende nervositeit’ heet heb ik al jaren geleden uitgezet. Sinds de off-status van deze schakelknop heb ik theater gespeeld voor honderden toeschouwers, uitgebreide presentaties gegeven en tientallen uren geschiedenislessen gedoceerd aan klassen vol ongemotiveerde pubers. Zelden springt die knop op ‘aan’. Toch beleefde ik onlangs een spontaan moment van zenuwachtigheid.
Ik had mijn thesis op een maandag in juli in drievoud bij mijn professor in zijn postvak gelegd. Eén voor hem, één voor de tweede lezer en een derde voor de inspectie. Met veel genoegen en enige trots legde ik drie keer een gebonden pakket van 99 pagina’s in het kleine vakje in het Huizinga-gebouw. Ik bekeek het stapeltje nogmaals om er zeker van te zijn dat hij ze zo kon vinden. Die middag heb ik er nog even een mail achteraan gestuurd met de vraag of hij alles in goede orde had ontvangen. Uit gesprekken in voorgaande maanden was al gebleken dat de tweede lezer ongeveer twee weken nodig had om de scriptie door te lezen. “Met een beetje geluk zou het binnen een week kunnen gebeuren”, sloot de professor destijds het onderwerp af.
Het was woensdag geworden, twee dagen na het inleveren. Totaal onvoorbereid opende ik mijn mailbox. In één opslag zag ik dat mijn professor mijn mail van maandagmiddag had beantwoord. Het onderwerp van de mail was: ‘Re: Inleveren masterthesis’. Er schoten gedachten door mijn heen die het midden hielden tussen een bevestiging dat hij zijn postvak had geleegd en opmerking dat de gebonden versies van mijn scriptie onvolledig of verkeerd geprint waren. Ik opende de mail om te kijken of het slecht nieuws was.
Een uitgebreide tekst ontvouwde voor mijn ogen. Ik werd in één klap bevangen door gespannenheid want de mail was veel meer dan een korte opmerking over het inleveren. Het was mijn gehele eindbeoordeling inclusief commentaar en cijfer. Ik riep mijn vriendin, maar het was te laat. Terwijl ik haar naam riep en zij zich naar de studeerkamer snelde gleden mijn ogen bliksemsnel over de tekst op zoek naar een cijfer. Mijn vriendin kwam de kamer binnen en trof mij met twee handen in de lucht. De houding liet zich ook wel beschrijven als een stille juichpoging; een open mond, twee vuisten in de lucht en ogen die steeds weer opnieuw de eerste zin van de tweede alinea lazen. “In elk geval wijst het beoordelingsformulier uit dat je voor je MA-thesis uiteindelijk een 7 (zeven) hebt gekregen, waarvoor felicitaties”, las ik voor aan mijn vriendin.
Het is nu anderhalve maand later. Het is de laatste donderdag van augustus en maandag, als voor velen onder jullie het collegejaar officieel begint, eindig ik op deze dag mijn studie met mijn masterexamen. Het is een ceremonie waarbij ik mijn scriptie moet presenteren en verdedigen voordat ik een handtekening mag zetten onder mijn masterdiploma geschiedenis. Als ik er aan denk word ik spontaan zenuwachtig.
Leuk geschreven! En succes maandag!
Erg herkenbaar en leuk geschreven. Vooral dat mailtje dat onverwachts komt binnenschieten.