“Omdat ik iets goeds wil doen voor de samenleving.” Ik hoor het  best vaak als ik vraag waarom een medestudent heeft gekozen voor Bestuurskunde. Iets goeds doen voor de samenleving. In de bestuurskunde wordt gesproken over de dichotomie tussen privaat en publiek, de scheidslijn in dat wat – grof gezegd – door  vraag en aanbod wordt gestuurd (markt) en datgene dat het publieke belang dient te behartigen (en waar de markt faalt). Iets goeds doen voor de samenleving zou je kunnen scharen onder dat dienen van het publieke belang. Maar wat dat nu is…

Er is een ontelbaar aantal boeken geschreven over het publieke belang en publieke waarden, ga maar eens terug naar grote denkers als Plato. De hedendaagse praktijk biedt ons genoeg voorbeelden om de hete discussie(s)  en pittige vraagstukken over wat publiek belang en ‘iets goeds doen’ zijn, bloot te leggen. Mag ik als baas van een woningcorporatie die sociale huurwoningen verhuurd, een Maserati gaan rijden? Mag ik als medewerker van een woningbouwcorporatie risico’s nemen met het geld van de burger en in derivaten gaan handelen, als ik denk dat dit de organisatie en uiteindelijk ook de burger ten goede kan komen? Mag ik reteveel verdienen in een topfunctie bij een bank die zijn neus boven water houdt met geld van de Nederlandse burger? Mocht mijn collega bij de gemeente wel dat flesje wijn ‘als dank voor de fijne samenwerking’ van die man uit die private organisatie aannemen? Was het wel verstandig om informatie achter te houden voor die afdeling omdat we zo de doelstelling van de eigen afdeling beter zouden halen?

Het interessante aan ‘iets goed doen voor de samenleving’ is dat het zo verschillend kan worden opgevat en ingevuld. Je hebt binnen de overheid en semipublieke sector te maken met ontzettend veel verschillende belangen. Die belangen  zijn, nadat politiek een bepaalde keuze maakt over wat publiek belang dan is, te vinden binnen en komen voort uit organisaties die allemaal een deel van het publieke belang zeggen te dienen.  Het is de kunst om in al dat geweld van verschillende belangen een weg te vinden die uiteindelijk het publieke belang in zekere mate dient. Niet gemakkelijk. En dan heb ik het nog niet gehad over het eigenbelang van een individu.

Er wordt wel gezegd dat je vertrouwen en integriteit kunt vergelijken met lucht: je gaat pas het belang van schone lucht merken op het moment dat het al vervuild is. Of die directeur van de woningbouwvereniging nu bewust in die Maserati is gaan rijden of niet, en of hij nu schuldig is of niet; dit soort situaties heeft me wel weer even wakker geschud om over mijn eigen handelen na te denken. Even de diepte in. Waarom deed ik dit? En in wiens belang handelde ik? Deed ik iets goeds voor de samenleving?