Ik voer regelmatig gesprekken met verschillende mensen (studenten, docenten, wetenschappelijk directeuren, leden van faculteitsbesturen en het college van bestuur) over de kwaliteit van het onderwijs dat gegeven wordt aan de Universiteit Leiden. Wat mij opvalt zijn opmerkingen als: “Studenten zijn ontzettend lui, ze willen alleen maar consumerend leren.” “Ze bereiden niets voor en stellen geen vragen.” “Er wordt niet meegedaan, alleen passief geluisterd.” En van de andere kant: “De docent of professor is totaal niet inspirerend. Hij staat een verhaal te vertellen dat ik ook uit het boek kan halen. Dit is toch niet motiverend!”
Dat het ook anders kan, wil ik hieronder met twee voorbeelden illustreren.
Ik sprak laatst een student van het Leiden University College die vertelde dat een gastdocent bij het eerste college met de studenten de stof wilde doornemen die ze hadden moeten lezen voor die dag. De studenten lieten weten dat ze daar geen behoefde aan hadden. Ze hadden het tenslotte al gelezen dus ze wilden juist vragen stellen en er over discussiëren met de docent. De docent stond verwonderd te kijken, maar was achteraf erg enthousiast.
Bij mijn keuzevak, Mechanisms of Disease, moesten we voor het begin van elk college een artikel lezen en daar een samenvatting over schrijven van 1 A4tje. “Kan het nog schoolser?” vroeg ik me in eerste instantie af… Maar tijdens het college werden superveel vragen gesteld, iets dat ik niet vaak had meegemaakt. De tweede dag kregen we de opdracht om allemaal nog eens 3 vragen over het college van de dag ervoor te bedenken, om zo nogmaals discussie te voeren. En opnieuw kwamen studenten met nieuwe gedachten en vragen, en andere studenten kwamen met antwoorden. Je kon de docent zien genieten van deze input.
De manier waarop studenten en docenten in deze voorbeelden te werk gingen zou elke student eigenlijk moeten ervaren. Gemotiveerd, voorbereid en niet bang om vragen te stellen. Maar ook zeker niet bang om vragen te beantwoorden.
Zo zou het altijd moeten gaan: dat de student zich voorbereidt op het college; dat de docent de bestudeerde stof niet herkauwt, maar tijdens het college inzichten geeft in de meest recente bevindingen en eigen onderzoeksdata. Ja, dat is zwaarder werk dan passief luisteren, maar is dit niet wat we eigenlijk allemaal willen, dat we energie krijgen van colleges en werkgroepen?
Ik hoor graag wat jullie van mijn idee vinden!
Ik vind vooral dat die eeuwige saaie PPT presentaties wel wat beter mogen. Door alleen witte sheets met heel veel tekst kan ik moeilijk mijn aandacht erbij houden, vooral als het college twee of drie uur duurt. Denk bijvoorbeeld eens aan gebruik van Prezi, filmpjes, afbeeldingen en humor. Dat zorgt uiteindelijk voor meer interactie en aandacht. Ik denk dat dit een betere oplossing is dan (nog) meer huiswerk.
Hallo Frances, Bedankt voor je reactie! Ik ben het met je eens. Maar ik vind wel dat het van twee kanten moet komen en dat studenten zich ook moeten inzetten voor vakken en niet alleen maar denken dat de docent er is om hun iets te leren. Maar dat ze er zelf wat van willen leren Je studeert niet voor niets voor jezelf
Helemaal mee eens. Bij studies en vakken met enorm veel leerlingen is dit echter lastig.
Een college met 200 leerlingen is denk ik niet geschikt voor dit soort interactieve
colleges. Tijdens mijn master had ik één vak met een kleine groep, en één vak met 200 man. Met de kleine groep hadden we colleges ongeveer zoals hierboven beschreven, waarbij je voor de les een stelling moest aanleveren over de gelezen literatuur, waarover we dan gingen discussiëren. Het andere vak werd gevolgd door tweehonderd studenten, dan werkt zoiets niet. Daar besprak de docent alleen de literatuur. Ik zou daarom pleiten voor kleinschaliger onderwijs, meer werkcolleges en minder massale hoorcolleges. Daar leer je het meest van.