Ik loop coschappen op de afdeling gynaecologie. De eerste twee weken sta ik ingedeeld bij de verloskunde. Daar is het hollen of stilstaan, of beter gezegd: weeën weg puffen of persen. Na de eerste paar ochtenden om zeven uur ’s ochtends bij het beginnen van mijn dienst teleurgesteld tot de conclusie te komen dat de vrouwen die ik de dag ervoor begeleid heb bij de inleiding (= middels medicatie de bevalling opwekken) die nacht bevallen zijn, leek het er nu eindelijk op dat ik ‘mijn’ eerste bevalling mee zou gaan maken!

 

De weeën zijn begonnen

Een jong stel is vanochtend vroeg gearriveerd, aangezien de weeën begonnen zijn. De bevalling moet in het ziekenhuis plaatsvinden, omdat hun eerste kindje middels een keizersnede ter wereld is gekomen. Het streven is om deze keer wel vaginaal te bevallen, maar hierbij is er nu een iets groter risico op complicaties. Zo is er bijvoorbeeld een kleine kans dat het litteken van de keizersnede in de baarmoeder zal scheuren. Het is dus van belang om moeder en ongeboren kind goed in de gaten te houden. Dit wordt onder andere gedaan middels cardiotocografie (CTG), waarbij de hartslag van het kind in relatie tot de samentrekkingen van de baarmoeder in beeld wordt gebracht.

 

Een vrouw met een zwangere buik

De vliezen zijn gebroken

Wanneer ik om 7 uur arriveer, zie ik op het CTG dat de moeder onregelmatige weeën van ongeveer twee per tien minuten heeft. Daarnaast hoor ik dat ze al voldoende ontsluiting heeft en de baarmoedermond voldoende week is om de vliezen kunstmatig te breken. Dit alles bij elkaar maakt het redelijk waarschijnlijk dat ze tijdens mijn dienst zal bevallen. Alhoewel ik het erg spannend en ook een beetje gek vind om voor het eerst bij een bevalling te zijn, kijk ik er ook erg naar uit. Waar we in de geneeskunde voornamelijk bezig zijn met het genezen van ziektes en het voorkomen dat iemand zal komen te overlijden, is dit juist een zeer blijde gebeurtenis waarbij er geheel nieuw leven ontstaat. Ik loop die ochtend meteen met de verloskundige mee de verloskamer in. Ik maak kennis met de toekomstige ouders en we raken al snel aan de praat. Het is een erg leuk stel. Doordat de ontsluiting langzaam vordert wordt er gestart met weeënstimulerende middelen. Ik besluit dat ik bereid ben langer te blijven, mocht het nodig zijn. Het lijkt me erg bijzonder om juist dit stel bij de bevalling te mogen begeleiden.

 

Volledige ontsluiting

Na de lunch gaat het opeens allemaal erg snel. De ontsluiting en de frequentie van de weeën nemen toe. Ik besluit om in de verloskamer te blijven. Het enige wat ik op dat moment kan doen is de moeder helpen met het wegpuffen van de weeën. Ik voel me een beetje machteloos, maar heb me door de verloskundige om het hart laten drukken dat deze begeleiding en aanmoediging altijd erg gewaardeerd wordt door de ouders. Een uur later heeft de moeder volledige ontsluiting en kan het persen beginnen. Ondanks dat dit haar eerste vaginale bevalling is, gaat het behoorlijk snel. Binnen twintig minuten komt een meisje ter wereld. De verloskundige legt in één beweging het gezonde kindje op de buik van haar moeder. De vader geeft zijn vrouw een kus op haar voorhoofd en kijkt met tranen in zijn ogen naar het pasgeboren meisje. Ik kom in actie om dit mooie moment vast te leggen op camera! Terwijl ik dat doe, voel ik een warm gevoel van binnen en realiseer ik me hoe bijzonder dit moment is voor deze familie. Vele klikjes, een paar hechtinkjes en een felicitatie later, verlaten we de kamer om het stel te laten genieten van hun kleine dochtertje.

 

Het handje van een pasgeboren baby pakt de vinger van de moeder

 

Benieuwd naar wat ik nog meer meemaak als coassistent? Lees hier hoe ik het vind om coassistent te zijnhoe ik het ervaren heb toen er voor het eerst een patiënt overleed, wat ik heb meegemaakt tijdens mijn stage in Oeganda en hoe is het me afging toen ik voor het eerst de wond van een patiënt mocht hechten.

 

Als coassistent heb ik een geheimhoudingsplicht. Om die reden is bovenstaande tekst zoveel mogelijk geanonimiseerd.