Voor veel studenten is de latere toepassing van hun studie op de arbeidsmarkt een groot raadsel. Laat staan dat je er in het alledaagse leven spontaan iets aan hebt. Toch is het mij recentelijk gebeurd. Ik wil iets gaan doen waarvoor mijn studie maar al te goed van pas komt. Iets waardoor ik ineens een praktisch nut van mijn studie ben gaan inzien. Iets wat al die tijd al pal voor me lag. Voor dit verhaal moeten we een aantal jaren terug.

Opa en ik

Eén van de weinige foto’s van ons tweeën

Op 23 december 1997 werd ik geboren. Op 22 april 1999 overleed mijn opa. Zoals je je misschien kunt voorstellen heeft de 1-jarige ik niet bijster veel boeiende gesprekken met hem gevoerd. Ik weet dan ook erg weinig over hem. Alle kennis die ik over hem heb komt voort uit verhalen van anderen. En zijn boek. Behalve onze achternaam blijken wij namelijk nog iets te delen; een passie voor schrijven. In 1998 kwam zijn boek Het Veen uit, een historische streekroman over het leven van veenarbeiders in Zuidoost-Drenthe ten tijde van het interbellum. Mijn opa, geboren in 1916, groeide zelf op in dit gebied en baseert zijn boek dan ook grotendeels op waargebeurde zaken. Zo komen onder andere veenbranden en werkstakingen onder de arbeiders aan bod. Het werd geen bestseller, mijn opa werd niet in één klap financieel onafhankelijk, noch werd er een straat naar hem vernoemd. Maar toch, hij had gedaan wat hij graag wilde doen; een boek schrijven.

De eerste interesse 

Voor zolang ik me kan herinneren heeft het boek bij ons thuis in de kast gestaan. Ik wist dat mijn opa een boek had geschreven, heb het een aantal keren in mijn handen gehad, maar meer niet. Ik gaf niks om boeken, waaronder dat van mijn opa. Gedurende de middelbare school begon mijn houding tegenover boeken sterk te veranderen. Ook voor het boek van mijn opa werd mijn interesse enigszins gewekt, hoewel ik nog altijd geen aanstalten maakte het daadwerkelijk te gaan lezen. Tegen het einde van de middelbare school was mijn houding jegens boeken volledig gedraaid en begon ik meer en meer te lezen. Ook het boek van mijn opa sprong mij steeds meer in het oog.

Historische romans 

Ergens tijdens mijn studie Politicologie ontstond mijn zwak voor historische romans. Met name Arthur Japin vond ik erg boeiend. Later volgden andere auteurs en nog steeds ben ik niet genezen van mijn obsessie. Het aanbod is dan ook enorm. Loop een willekeurige boekhandel binnen en verbaas je over de hoeveelheid en de daarmee gepaarde populariteit van het genre. Het was tijdens deze periode dat ik met enige regelmaat aan Het Veen moest denken. Het boek van mijn opa was echter al jarenlang uit de handel en zou dan ook in geen enkele boekhandel meer te krijgen zijn. Los van wat rondzwervende tweedehands exemplaren op internet leek het van de aardbodem te zijn verdwenen. Toch zonde, dacht ik, gezien de hoeveelheid tijd en liefde die mijn opa er destijds in heeft gestoken.

Heruitgave Het boek van mijn opa

Een tijd later kwam het manuscript van mijn opa’s boek ineens boven water. Geheel getypt op een typmachine en voorzien van allerlei aantekeningen, arceringen en doorhalingen. Terwijl ik erdoorheen bladerde ging er ineens een lichtje branden. Ik studeerde inmiddels Nederlands en had me meer verdiept in de boekenmarkt en boeken in het algemeen. Wellicht dat Het Veen tegenwoordig wel meer aan zou slaan. Mijn opa is er niet meer om een heruitgave te realiseren, maar waarom zou ik het niet doen? Ik zou allerminst een poging kunnen wagen. Ik nam snel contact op met de uitgeverij om mij te verzekeren van de eigendomsrechten van de tekst. Toen mij verteld werd dat deze inmiddels bij de nabestaanden lagen, was ik zeker van mijn zaak.

En nu zijn we hier. Twintig jaar na dato ga ik een poging wagen om Het Veen nieuw leven in te blazen. Om dit te kunnen doen zal ik het boek als een aantal keren grondig moeten doornemen. Ook zal ik het manuscript erbij betrekken; ik wil de oorspronkelijke woorden en intenties van mijn opa natuurlijk zo min mogelijk verdraaien. Natuurlijk zal ik de nodige dingen moeten herschrijven en moderniseren, maar hé, dat is nou net de uitdaging. Daarnaast kan ik bij moeilijkheden altijd terugvallen op mijn studie, waarvan de mogelijkheden ineens een stuk duidelijker worden. Misschien wordt het na veel werk alsnog niks, maar dat maakt me niet uit. Mijn opa en ik delen immers een passie; en het minste wat ik voor hem kan doen is zijn passie laten voortleven.

Mocht je je nou ook ooit eens afvragen hoe je je studie in de praktijk gaat brengen, geen paniek. Ga door met je studie, houd je ogen open en wie weet wat je onderweg tegen het lijf zult lopen.