Veel patiënten beschouwen artsen onbewust niet als mens. De arts is geen persoon met kinderen, een voorkeur voor droge witte wijn en een ochtendhumeur. De arts is een instituut, een dienst, een soort geldautomaat waar je pillen en besterschap kunt afhalen. Schijn bedriegt echter, je huisarts heeft namelijk naast een midlifecrisis zelf ook een huisarts en de geneeskundestudent is zelf ook wel eens patiënt.

En dat is mijn rol vandaag, patiënt. De patiënt is de absolute kern van de medische wereld waar ik zo graag deel van wil zijn, maar tegelijkertijd heb ik me nooit zo buitenspel gezet gevoeld als vandaag. Ik meen zelfs dat ik als geneeskundepatiënt lager sta dan andere patiënten. Ik ben namelijk per definitie een lastige patiënt en iedereen weet dat je die moet mijden.

Zoals het hoort als geneeskundestudent doe ik namelijk mijn huiswerk voor ik naar de dokter ga. Misschien haal ik me daarnaast één of twee keer in het hoofd dat ik wel eens die hele ernstige en bijzonder zeldzame aandoening van college heb opgelopen, maar daar kan ik niets aan doen. Ik studeer nu eenmaal geneeskunde; de ernstigste en meest ongeneeslijke aandoening van allemaal, volgens mijn behandelend arts althans.

De irritatie is dan ook tastbaar als ik aangeef nog wat vragen te hebben over het verdere beleid en de voorgeschreven medicatie. Op de arts z’n opgetrokken wenkbrauwen mompel ik “geneeskunde” als antwoord. Dit is allerminst een aanzet voor de arts om z’n houding en minachting naar mij te veranderen, maar de olifant in de spreekkamer is tenminste benoemd.

Tot mijn terugkerende verwondering gaat het consult vaak compleet anders dan in mijn tekstboeken. Het zal mijn arts een worst wezen hoe ik me bij deze kwaal voel, of ik zelf al over een mogelijke oorzaak nagedacht heb en of ik daar toevallig nog koorts bij had. Binnen twee minuten sta ik met een receptje buiten en voelt het echt alsof ik net gepind heb.

Maar ik neem het niet persoonlijk. Te vaak ben ik in een rollenspel onhoudbaar ongesteld, verscheurd door pijn of terminaal geweest om dit serieus te nemen. Het voelt als toneelspel en ik ambieer alleen de andere hoofdrol in dit stuk: die van arts.

dokter