Leiden, wat ben je toch een lekkere stad. Zo jammer dat ik als Snelliusgaande spoorstudent zo weinig van je zie.
Vroeger kon je me nog wel eens betrappen op het vervelen van spoorknorren, maar ik heb daar inmiddels wat meer begrip voor. Veel masterstudenten leven bijvoorbeeld nog in de stad waar ze hun bachelor hebben voltooid, maar zijn niettemin nieuwsgierig naar hun nieuwe academische habitat. Gaandeweg verplaatst het sociale leven zich – of niet, en dat maakt ook niemand ene bal uit.
Het wordt mij in ieder geval niet makkelijk gemaakt omdat de colleges Media Technology vrijwel alleen in het Snellius plaatsvinden. Je weet wel, dat grauwe gebouw aan de rafelrand van Leiden. Alle sexy historische panden in de binnenstad zijn geclaimd door de ‘mondigere’ faculteiten, zoals rechten. Toen mijn docent een ruimte in de Sterrewacht trachtte te reserveren vroeg men doodleuk het commerciële tarief voor een serie colleges. Bijzonder, nietwaar? Zeker gezien de relevantie van het gebouw voor de exacte wetenschappen. Na enige persuasieve hoogstandjes kon het vak alsnog daar plaatsvinden, zodat ik ook een glimp kon opvangen van het epische leven als centrumstudent.
Met deze geringe aansluiting met de stad wordt iets relevants bloggen voor jou, beste lezer, wel érg bemoeilijkt. Aan het begin van het jaar wilde ik iets grotesks publiceren over drugs en geweld, ik weet het niet meer precies. In ieder geval was ik niet al te kritisch over drugsgebruik. Die week was een Leidse studente door een overdosis om het leven gekomen. Met mijn gebrekkige kennis van het lokale nieuws wist ik daar niets van. Ik ging trots mijn stukkie brengen en voìla: ik sta te boek als gevoelloze hork. Meh.
In plaats van zulke missers de wereld in te slingeren ga ik me bezig houden met keihard studeren, zoals het een echte spoorstudent betaamt. Ik vond het gezellig, tot ziens!